Aan de lijn een meneer die duidelijk zenuwachtig is en belt voor zijn vrouw in nood en dus ga ik onderweg naar de 2e bevalling van mijn dienst. Een kwartiertje later arriveer ik in een hemelsblauw geschilderde woonkamer, waar de dame in kwestie heftig puffend over de kussens van haar bank heen bungelt. Een lange paardenstaart zwiept heen en weer met het opvangen van de wee en ik kan al zien dat er hier geconcentreerd en gefocust gewerkt wordt. Vast een zwangerschapscursus gedaan, sta ik te bedenken, maar ik word uit mijn gedachte gehaald door een open gezicht wat me aankijkt. ‘Zo dat was er weer een, het is best al heftig hor’. Dat beaam ik. We vertrekken naar boven voor een onderzoek. Halverwege de trap komt er weer een wee en daar glijdt de paardenstaart weer naar voren, ik zie nog net geen gezicht op z’n kop mijn kant op kijken tijdens de wee, maar het scheelt niet veel, ook al staan we op de trap. Een kleine 10 minuten later constateer ik 7 centimeter ontsluiting. Natuurlijk is dat fantastisch en krijgen we het er allemaal direct een beetje warmer van. Allemaal, alleen bij de barende in kwestie blijkt dat nog een reden te hebben. Met een wit gezicht kijkt ze me serieus aan. Hoe moet dat nu met mijn ruggenprik? Ow, ahum, ja, ehm, nou, zie je, laten we eerst maar eens zorgen dat we in het ziekenhuis terecht komen. Mooie maffe toestand. Deze mevrouw is namelijk van Amerikaanse afkomst en wat zich nu voordoet had ze in haar stoutste dromen niet durven hopen. Alles was erop afgestemd dat ze met ongeveer 5 centimeter in het ziekenhuis zou arriveren en haar prik zou krijgen voor de overige 5 centimeters. Dat scenario viel nu duigen, net als haar paardenstaart, want daar kwam de volgende wee. Ik belde vlug de verloskamers en zorgde dat alle tassen beneden klaar waren om te vertrekken. ‘Rijd maar achter me aan’ en hup daar vertrokken we. Manlief zag het nog zitten om zijn barende vrouw mee te nemen. Dat zal je altijd zien, dan wil je zo graag een beetje snel de stad in en rijd er precies een behoorlijk grote wagen van de plantsoenendienst die leuk alle overhangende takjes boven de trambaan aan het verwijderen is. Behoorlijk nuttig en goed overigens, maar niet als je liever met 65 km/uur wil passeren omdat je in je autospiegel een heftig vertrokken baringsgezicht achter je ziet. En zeker niet als dat ook nog een Amerikaanse is die onderweg is om haar ruggenprik te halen! Nog 30 meter en dan is er een inham, die pak ik. Nog 20 meter… weer een wee zo te zien. En dat is zo’n beetje het laatste wat ik zie, want manlief geeft een enorme slinger aan het stuur en stuift over de trambaan heen! Ik begrijp het wel, maar houd even mijn verloskundig gemak en rijd een minuut of 3 later de inham in en voila, gepasseerd en wel. Ik parkeer vlug mijn auto voor de hoofdingang en schiet gauw omhoog met de lift, waar ik mijn dame min of meer kruipend over de vloer verwacht aan te treffen, maar de gang is leeg. Misschien zit ze in de andere lift en ik druk op de knop, maar als die arriveert is de lift ook leeg. Ik daal gauw weer af en daar ben ik echt even mee bezig, aangezien ik me op een 6e etage bevind. De gang door naar de hoofdingang, nog geen rolstoel. Nou moe. Ik snap er niks van. Dan bedenk ik me, dat het wel slim is even de parkeerplaats rond te zoeken, maar ik zie ze nog niet. Mijn oog valt op een klein autootje bij de slagboom voor het parkeerterrein. Ik zie een heftig discusierende man in de microfoon van de praatpaal bleren en daarnaast mijn vertrouwde weeengezicht. Hebbes! Ik loop naar de slagboom, want er lijkt een probleempje en jahor, de beveiliger wil mevrouw niet doorlaten. Ik zeg kort en krachtig dat de beveiliger het vast niet op zijn geweten wil hebben dat mevrouw in de auto of de ziekenhuisgang bevalt en dat hij beter subbiet die slagboom open kan gooien. Met wie hij spreekt? Mevrouw haar verloskundige! Dat helpt en hoeps, daar gaat de slagboom. Ik help mevrouw direct de auto uit en roep nog snel; de 6e etage! Er is weeenpauze, dus hup langs de balie en de lift in. We gaan het wel redden zo. Als we allemaal op de verloskamer gearriveerd zijn begint mijn barende Amerikaanse dame opvallende geluiden te maken, dus ik verdenk haar ervan volledige ontsluiting te hebben en jawel, 10 centimeter. Voorzichtig begin ik over de ruggenprik, ehm luister, je bent nu al te ver voor de ruggenprik, ik kan die helaas niet meer aanbieden. Of ik alsjeblieft nu wil uitleggen hoe ze moet persen, want ze houdt het niet meer… Oke, ze begrijpt het en wil niets liever dan haar baby eruit pushen! Ik moet bijna lachen als ze begint met persen, het is net een actrice die met veel geluid een hap lucht neemt en met ‘oe-aa-ie’ als een sterke tijger alles op alles zet om zo effectief mogelijk haar baby te laten zakken. En dat gebeurt ook want binnen mum van tijd zet ze een blakende dochter op de wereld. Terwijl ik een paar kleine hechtingen leg, babbelt ze honderduit over van alles en nog wat en moet ik weer glimlachen. ‘Door jou ben ik niet thuis en niet op de parkeerplaats bevallen Tineke, super bedankt hor!’ Geen woord meer over de ruggenprik… Kijk eens wat een prestatie en reken maar dat ze er zelf trots op is, maar nog trotser is ze op haar man, die als een formule-1 held zijn barende vrouw gewoon over de trambaan reed. En natuurlijk zijn ze samen het meest trots op hun dochter!